Achter de olympische schermen met Bart Bennema

Dag Bart, reis jij enkel als coach van Elie Bacari (die hij samen met Arne Broeders begeleidt, red.) naar Parijs, of heb je bredere taken als federatietrainer meerkamp?

“Ik heb nu in de eerste plaats de rol van coach van Elie. Daar had ook Jente Hauttekeete bij kunnen komen, maar het mocht niet zijn. Daarnaast ondersteun ik Fernando Oliva als dat nodig is met Noor Vidts. Het laatste jaar heb ik hen wat geholpen met horden en sprint, maar dat is puur voor de voorbereiding. In Parijs focus ik mij op Elie.”

Jullie zijn nu op precamp in Talence. Hoe loopt het daar?

“Het ziet er allemaal goed uit voor Elie. Zaterdag werkte hij nog zijn beste lange hordesessie van het jaar af. Het is hier alleen maar trainen en rusten en dat is goed om langzaam in de focus richting Parijs te komen. We doen nog een paar scherpe sessies, want je mag de scherpte niet verliezen, maar het is vooral uitgerust raken. Elie is bovendien nog niet veel gewend, dus ik ben heel voorzichtig met de belasting.”

Wanneer gaan jullie naar Parijs?

“Op 1 augustus. Elie logeert natuurlijk in het olympisch dorp, maar voor coaches is daar niet altijd plaats, dus ik weet nog niet waar ik verblijf. We zullen daar alleszins nog één korte sessie afwerken.”

Welke ambities heb jij met Elie in Parijs?

“Ik denk dat hij in staat moet zijn om de halve finales te lopen. Met de nieuwe herkansingsronde mag hij in elk geval twee keer lopen, maar wat mij betreft is het doel rechtstreekse kwalificatie voor de halve finales. De finale is een droomdoel, maar realistisch bekeken is dat te hoog gegrepen. Dat is eerder iets voor de toekomst. We zijn 2024 ingegaan als een jaar van investeren richting EK U23 in 2025, maar het is allemaal wat sneller gegaan. Hij stond al in de EK-finale in Rome en momenteel ben ik al bezig met de plannen voor volgend jaar. Daarbij stel ik mij de vraag wat er nodig is om laag in de dertien of zelfs onder de dertien seconden te lopen in de toekomst. Ik zie dat wel gebeuren, maar in Parijs is het vooral de ervaring, impact en drukte van de Spelen opdoen.”

Je hebt al meerdere Spelen meegemaakt als coach. Wat neem je daarvan mee?

“De grootsheid van de Spelen is ongrijpbaar. Er zijn heel veel prikkels en ook heel veel sporten. Winst of verlies, zelfs binnen een andere sport, doet iets met de sfeer in de Belgische selectie. Daarmee omgaan en atleten daar doorheen loodsen is mijn job. De druk en aandacht zijn ook groter dan bij een WK, omdat het maar om de vier jaar is.”

Wat geef je dan concreet aan Elie mee als tips?

“We proberen atleten te laten focussen op zichzelf en op alles waar ze invloed op hebben, maar ze moeten ook voorbereid zijn op de hectiek in het olympisch dorp. Ik heb daar veel korte gesprekjes over met Elie, maar hij zal het vooral zelf moeten ervaren. Ik ga wel elke dag een dagplanning maken, want hij moet niet het hele dorp doorkruisen om alles te willen zien. Dat is voor na de wedstrijd. In Glasgow was hij nog een ontzettende fanboy die allemaal bekende atleten zag. Dat is er ondertussen wel uit. Ik denk dat hij in Parijs minder snel onder de indruk zal zijn.”

Wat is tot nu toe jouw mooiste olympische moment als coach?

“Dat zijn er wel een paar. Ik heb drie Spelen meegemaakt als coach. In Londen was Dafne Schippers nog meerkampster. Het was een fantastische tweedaagse maar ik kreeg niet veel van de Spelen mee. Het was twee dagen olympisch dorp, twee dagen meerkamp en naar huis. In Rio won Dafne zilver op de 200 meter, maar er was ook ontgoocheling, omdat we meer voor ogen hadden. Nadine Visser was daar ook als zevenkampster. In Tokio werd zij vijfde in de hordenfinale, een bijzonder moment voor mij. Elke Spelen hebben iets bijzonder en ik kijk uit naar Parijs. Zo dicht bij huis, dat geeft een andere sfeer.”

Hoe voelt het om als Nederlander in een Belgische olympische selectie rond te lopen?

“Ik voel me op mijn gemak, maar ik ken niet alle Belgen in alle sporten, al probeer ik wel Sporza te lezen. In andere sporten zal ik voor Nederland supporteren, maar ik heb ook met plezier naar het succes van de Belgische wielrenners gekeken. Ik voel me wel degelijk onderdeel van het Belgisch team en niet van het Nederlandse.”

Wil je graag nog een andere wedstrijd meepikken in Parijs?

“Ik ben daar met mijn werk bezig en volg de rest wel op tv. Misschien ga ik nog ergens heen als Elie klaar is. Waar ik verder nog benieuwd naar ben is de zevenkamp van Noor, waar ik dichtbij sta, en ook de tienkamp en de sprintnummers. De 400 meter horden bij zowel vrouwen als mannen ben ik ook heel benieuwd naar en ook van de 4x400 meter ben ik al lang grote fan. Hopelijk komt er daar een Belgische medaille.”