01/06

Rani Rosius blijft maar stappen zetten en vraagt zichzelf af waar progressie zal stoppen

Rani Rosius.
De lijn van haar indoorseizoen trekt ze outdoor gewoon door. Rani Rosius gaat dezer dagen elke wedstrijd vooruit. Voorlopig stopt de klok bij 11”20, maar wie weet waar het de komende maanden zal eindigen. Die vraag stelt ze zichzelf ook. Hoe dan ook lijkt een WK-kwalificatie erg dichtbij te komen.

“Ik had geen verwachtingen, door een pijntje eerder deze week, en dat helpt altijd wel”, zegt Rani Rosius/AVT over haar IFAM, waar ze 11”20 liep. Wat een contrast met vorig jaar, toen ze in deze periode zwaar zoekende was. “Vorig jaar was een heel moeilijk jaar, terwijl nu alles goed loopt en vooruit gaat”, merkt ze zelf ook op. “Ik ben er supergelukkig mee. Ik dacht dat mijn limiet misschien al bereikt was, maar nu weet ik niet meer waar de progressie stopt.”

Over een verklaring voor haar prestaties moet Rani niet lang nadenken. “Ik heb eens een opbouw gehad zonder onderbrekingen, en dat doel veel”, klinkt het. “In oktober heb ik wel mentale problemen gehad en ben ik een maand alleen maar uit bed gekomen om te trainen. Ik wil niet uitweiden over de oorzaak, maar de trainingen waren een moment waarop ik mijn zorgen kon vergeten. Maar fysiek heb ik een hele goeie winter gehad en daar pluk ik nu de vruchten van.”

De wedstrijd in Nairobi, waar Rani met een teveel aan rugwind naar 11”08 denderde, heeft voor een mentale klik gezorgd. “Dat heeft wel wat losgemaakt”, vertelt ze. “Ik had die tijd totaal niet verwacht. Mijn benen voelden niet zoals normaal, maar eigenlijk is dat logisch als ze je harder loopt dan ooit. Toen de tijd op het scorebord kwam, begon ik meteen te wenen. Marc Corstjens, die mijn wedstrijden regelt, had ook tranen in de ogen. Pas achteraf kwamen we te weten dat er 2.5 meter meewind was. Tja, het is zo. We zien wel of en wanneer ik die tijd nog eens kan herhalen.”

WK Boedapest

En dan is er nog de factor Delphine Nkansa. Stuwt die Rani naar een hoger niveau? “Iedereen vraagt mij dat”, zegt ze daarover. “Een extra rivale moet mij pushen, zeggen ze dan, en dat kan misschien wel kloppen, maar of ze mij in België van de troon stoot, maakt mij echt niks uit. Zolang ik zelf maar vooruitgang maak.”

Door de sterke prestaties van de laatste weken, en die van het indoorseizoen, komt het WK in Boedapest in zicht. “Natuurlijk hoop ik daar te staan”, klinkt het resoluut. “Ik sta in de top 30, terwijl de top 36 mag gaan. En ik denk dat ik nog wel wat kan klimmen de komende weken. Ik schat de kans momenteel vrij groot in dat ik het WK haal. Dat zou fantastisch zijn. Of de limiet van 11”08 haalbaar is? Laat maar eerst eens onder de 11”20 lopen, maar daarna kan ik mezelf altijd verrassen.”

Zondag werkt Rani op de FBK Games in Hengelo de 4x100 meter af met de Belgian Rockets. “Het zijn drukke weken. Tussen de wedstrijden door heb ik nog examens en een bachelorproef af te werken”, besluit ze.