Welke training mag je verwachten?
Een brede basisopleiding
Atletiek biedt kinderen een gevarieerde sportieve vrijetijdsbesteding in winter en zomer. Tot de leeftijd van 14 jaar richten wij ons op een zo breed mogelijke motorische ontwikkeling. In een maatschappij waar vrije tijd steeds schaarser wordt en het aanbod alsmaar diverser, is het voor een kind steeds minder evident om de motoriek te ontwikkelen. Buiten spelen staat niet meer op het dagelijkse programma, nochtans zijn deze basisvaardigheden essentieel om letterlijk vlot door het leven te gaan. Een goede motorische basis zorgt ervoor dat we ons lichaam beter kunnen controleren en gemakkelijker nieuwe bewegingen aanleren of bijsturen, dit is dan ook de kapstok waaraan topatleten later hun topprestaties aan hangen.
Einddoel: een goede fysieke scholing
Gelukkig is atletiek een sport die vele variaties kent; lopen, springen, werpen, ... waardoor kinderen van jongsaf een afwisselend programma aangeboden krijgen. Het einddoel van onze jeugdopleiding is dan ook een fysiek geschoolde atleet die in staat is om zijn/haar lichaam te controleren en de basis beheerst van lopen, werpen én springen. Vanuit deze brede basis kan een atleet dan het stapje hogerop zetten naar de competitie-atletiek of topsport. Maar ook jeugdatleten met minder competitieve ambities willen we een goede scholing geven en vooral ook de 'goesting' om een leven lang actief van onze sport te genieten.
Van brede bewegingsvaardigheden naar basis atletiektechnieken
Het wetenschappelijk gefundeerde Canadese "long term athlete development model" wordt als de norm aanvaard voor het ontwikkelen van atleten, dit hanteert een stappenmodel met elk een eigen inhoud die vertrekt vanuit brede motoriek en dan steeds specifieker toewerkt naar de piekprestaties vanaf 23 jaar. Elk fase moet hierbij doorlopen worden om de top te behalen, een fase overslaan (zelfs al begint aan atleet later met een sport) kan een motorisch tekort geven dat op een latere fase het verschil maakt. Vanaf de 4e fase kan de stap ook gezet worden naar een levenslange sportbeoefening.
In grote lijnen komen deze fases van het LTAD model overeen met bepaalde leeftijden maar het is zeker niet zo dat elk kind op dezelfde snelheid ontwikkeld, veel heeft ook te maken met de instapleeftijd en eerdere sportervaringen.
Fundament
In de eerste jaren is het vooral belangrijk om een bewegingsbasis op te bouwen met fundamentele bewegingen zoals kruipen, stappen, lopen, klimmen, klauteren, duwen, roteren en evenwicht te ontwikkelen. Deze basis brengen wij aan in de Kangoeroe en Benjamin-categorie. Gezien deze vaardigheden niet echt atletiekspecifiek zijn volgen wij hierbij het MultiMove-programma. Het gaat hier voornamelijk over al bewegend ontdekken, het moet nog niet allemaal technisch correct zijn zolang ze maar veel bewegingservaring opdoen.
Leren trainen
De vaardige Benjamins en Pupillen gaan al iets meer de stap zetten richting de basis van lopen, werpen en springen. Hierbij leren we hen vereenvoudigde technieken aan zodat zij zich kunnen concentreren op wat belangrijk is. Wij geven een minimum aan technische richtlijnen, meer kunnen zij nog niet verwerken of uitvoeren. Atletiekbewegingen zijn van nature ontstaan en zo kunnen ze het best leren, een te bewuste benadering geeft op deze leeftijd meestal een minder resultaat.
We werken vaak in spelvormen, niet alleen omdat het leuk is maar ook omdat ze hiermee meer herhalingen kunnen doen. Wel zorgen we ervoor dat elke oefening een technisch doel heeft, met de juiste opstelling kunnen we er ook in een spel voor zorgen dat jouw kind automatisch de juiste beweging zal uitvoeren.
Trainen om te trainen
Bij de Miniemen gaan we de atleten verder ontwikkelen en voorbereiden op de noden van de atletiek. Op deze leeftijd krijgen zij dan ook specifiekere trainingen gericht op de basistechnieken van lopen, werpen en springen en op het uitbouwen van een basis in snelheid, uithouding, kracht, core stability en lenigheid.
We doen nog steeds alle disciplines, deze variatie geeft niet alleen leerwinsten op lange termijn maar ook een lichaam in evenwicht dat beter belastbaar is tegen blessures. Onderzoek leert dat topatleten relatief laat specifiek aan de slag gaan. De praktijk staaft deze wetenschap, de meeste topatleten specialiseren zich immers pas na de groeispurt (meisjes ca. 14j, jongens 16j). Daarnaast vinden wij ook gewoon alle disciplines superleuk, jij ook?
Aangepast aan jouw niveau
Niet elk kind heeft dezelfde mogelijkheden, daarnaast is elk kind continu aan het groeien op een ander tempo. In de trainingen houden we dan ook rekening met wie jouw kind is en wat hij/zij kan. We proberen dan ook elk kind op zijn/haar niveau uit te dagen en iets bij te leren. Zo kan ook jouw kind het beste uit zichzelf halen!
Samen trainen
Wij vinden het belangrijk dat jouw kind zich amuseert op training, atletiek is dan misschien een individuele sport maar zonder vrienden en plezier blijf je het niet doen. Samen trainen, samen naar een wedstrijd gaan en vooral samen plezier maken zorgt voor een gelukkige atleet, en een gelukkige atleet is een atleet voor het leven!
Mag mijn kind bij een andere groep meetrainen?
Ouders stellen soms de vraag om hun kind in navolging van een situatie op school te laten aansluiten bij een trainingsgroep hoger of lager zodat de zoon/dochter bij zijn/haar vriendjes van de klas kan trainen. In de ene club zal dit toegelaten worden, in de andere niet.
We rekenen op de kennis en expertise binnen de clubs om een juiste keuze te maken bij de verdeling van trainingsgroepen.
Het is niet altijd aangewezen om kinderen bij een andere leeftijd te laten meetrainen omdat ze daar soms op motorisch gebied niet klaar zijn of juist teveel voor zijn op de kinderen die jonger zijn.
Daarnaast is het ook enorm belangrijk voor de sociale vaardigheden om kinderen met anderen dan hun beste vriendjes te laten omgaan. Vriendjes van de klas zien ze al dagelijks, in hobbies kan het een verrijking zijn om met anderen om te gaan.
Tot slot is het ook belangrijk om te vermelden dat kinderen tijdens wedstrijd steeds moeten aansluiten bij hun leeftijdsgenootjes. Categorieën worden ingedeeld per 2 jaar waardoor je elk jaar eens met kinderen van een jaar ouder en een jaar jonger zal sporten, in de meeste clubs wordt ook in deze leeftijdsgroepen samen getraind. Zo is er elk jaar variatie in de groep en kan je je op wedstrijden eens meten met jongere of oudere atleten, wat ook naar succeservaring belangrijk is.